Een leven lang contactlenzen

Wie een paar jaar geleden bij de contactlensspecialist langs ging, hoorde een heel ander verhaal dan vandaag de dag. De ontwikkelingen gaan razendsnel: multifocale lenzen; betaalbare daglenzen; nachtlenzen.

Halverwege de jaren tachtig was dat anders. Je had harde (tegenwoordig: vormstabiele) of zachte lenzen. “Sport je veel?” vroeg de lensspecialist. Zo ja, dan kwam je in de categorie zacht. Voor mij koos hij harde, die je misschien sneller verliest, maar langer meegaan en waar je minder schoon op hoeft te zijn. Dat was de standaardoplossing: harde als het kon, zachte als het moest. En zo bleef het dan vaak ook, de rest van je 'lenzencarrière'.

Regelmatig  op  controle.

Het is een stereotiep beeld, maar ik zal vast niet de enige zijn die haar lenzen na de tweede zwangerschap aan de wilgen heeft gehangen. Immers, niets zo vervelend als constant droge ogen en irritatie. Dan maar een bril of laserbehandeling. En toch is radicaal afhaken nergens voor nodig, kom ik steeds meer achter. Wie in de laatste ontwikkelingen duikt, merkt dat de specialist nog heel wat meer in zijn mars heeft dat het proberen waard is. Irriteren je lenzen je, dan kan volop worden geëxperimenteerd met andere vloeistoffen, lenzen of draagtijden. Wachten tot je hormoonhuishouding weer op orde is, is in ieder geval nergens voor nodig. Trouwens, wachten met een bezoekje aan de optiekspecialist tot je ergens last van krijgt of slechter ziet, ook niet. Regelmatig   op controle gaan is dan ook geen overbodige luxe. Heel veel zaken die je zelf niet merkt, ziet de specialist wel. En hoewel het vaak  een lenzencontrole wordt genoemd, is het eigenlijk een controle van de ogen. Groeien er bijvoorbeeld haarvaatjes over het hoorn- vlies, dan kan het zijn dat je lenzen te weinig zuurstof doorlaten. Worden je lenzen snel vettig, dan kan dat duiden op eiwitaanslag. Ook dat is een teken dat er iets mis is, want eiwit wordt aangemaakt om beschadigd hoornvlies te repareren. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat je allergisch voor een bewaar- vloeistof bent geworden.

Hooikoorts? Vakantieplannen?

Tijdens de halfjaarlijkse check-up bekijkt de specialist de lens op het oog door een enor- me loep, die tot veertig keer vergroot: de zogenaamde spleetlamp. Beweegt de lens voldoende, wordt een bepaalde hoek niet te veel afgesloten, sluit je je ogen wel helemaal als je knippert, is er misschien sprake van erosie van het hoornvlies? En natuurlijk: is de sterkte nog goed? De specialist zal ook vragen stellen over medicijngebruik en aller- gieën, veranderingen in je werkzaamheden of plannen voor de komende periode. Ga je bijvoorbeeld op duikvakantie naar Aruba,  dan zal hij aanraden om die periode over te stappen op daglenzen omdat je onder water veel meer aanslag zult krijgen.
Steeds vaker zal de specialist ook vragen om de vormstabiele lenzen, die je misschien al twintig of dertig jaar draagt, voor de eerstvol- gende controle eens een week of zes uit te laten en tijdelijk over te stappen op een bril. Niet alleen verandert dan vaak de sterkte - door de vormstabiele lens werd het oog als een soort corset ingesnoerd; ook kun je met lenzen in niet zien hoe ruw en onregelmatig het hoornvlies is geworden. En dát wordt het na zoveel jaar. Na zes weken is het oppervlak van het oog weer 'uitgedeukt' en mooi glad. Toch zijn er maar weinig oogartsen die hun patiënten aanraden eens een tijdje geen vormstabiele lenzen te dragen. Heel vaak houden ze ook een voorkeur voor dit type lens terwijl de meeste nieuwe lensdragers tegenwoordig voor zacht kiezen.

Elke fase een andere lens

Zijn zachte lenzen dan beter dan vormstabiele? Dat niet. Ook hier geldt maatwerk, waarbij heel veel factoren een rol spelen.  Niet alleen de sport die je beoefent. Zo is overstappen meestal geen goed idee voor mensen, die al jaren met plezier vormstabiele lenzen dragen of minder goed gecorrigeerd worden met zachte lenzen. Maar voor veel anderen wegen het comfort en de snellere vervangingsmogelijkheden van zachte lenzen zwaarder. Wat het exacte advies uiteindelijk wordt, hangt af van de uren dat je de lenzen draagt, je werk, leeftijd, de luchtvochtigheid van je omgeving en eventuele allergieën. Zelfs de bewaarvloeistof is puur maatwerk.  In de Verenigde Staten is het bijvoorbeeld ondenkbaar dat je bij de drogist goedkope varianten van lenzenvloeistof kunt kopen. Dat gaat via de apotheek, op voorschrift van de optometrist of oogarts.

Ook kinderen

Over lenzen bij kinderen bestaan nog altijd veel fabeltjes. Je zou pas aan lenzen kunnen beginnen als je sterkte stabiel blijft en je ogen volgroeid zijn. Toch zijn er steeds meer kinderen van een jaar of zeven met zachte lenzen. En eerlijk gezegd gaat dat vaak beter dan bij jongeren die het soms niet zo nauw nemen met hygiëne en graag een nachtje doorhalen. Er zijn zelfs aanwijzingen dat bijziendheid wordt geremd als kinderen op jonge leeftijd al een bepaald type zachte lenzen dragen. En op iets latere leeftijd overgaan op harde nachtlenzen, die je ogen lang genoeg afvlakken om overdag zonder te kunnen. Hoe dan ook, lenzen bij jonge kinderen zijn wel degelijk mogelijk en dat gaat ook vaak heel goed. Zeker wanneer ze daglenzen krijgen, die ze verder niet hoeven te verzorgen.

Trends

Daglenzen zijn idaal voor dragers van zachte lenzen. Je hebt geen verzorgingsproducten nodig en pakt elke ochtend een fris par uit de verpakking. Tot voor kort waren de kosten echter veel hoger dan die van maandlenzen. Inmiddels komen de prijzen steeds dichter bij elkaar te liggen. Ook de multifocale lens is al een tijdje in opkomst bij veertigplussers. Waar het voorheen nogal eens lastig bleek om contrasten scherp te krijgen, wordt die balans steeds beter, zodat steeds meer mensen én comfortabel kunnen autorijden én goed kunnen lezen, en de leesbril de deur uit kan. En daar blijft het niet bij. Van innovatietechnologen leren we dat hard wordt gewerkt aan futuristiche toepassingen. Lenzen die langzaam medicijnen aan het oog afgeven, kleurcontrasten versterken, op commando kunnen in- en uitzoomen of een display hebben, net als een Google glass...
 

Lenzencoach

Het gaat allemaal komen, maar in het echte leven zijn we nog niet zover. Wel is duidelijk dat lenzen dragen een dynamisch proces is. En dat de contactlensspecialist of optometrist de best denkbare personal lenzencoach is. Hij of zij weet precies welke mogelijkheden er zijn als je niet meer tevreden bent over je lenzen. En dat opties die een half jaar geleden nog niet voor je waren weggelegd, dat nu misschien wel zijn. Want zo snel gaat het. Hm, was mijn aan-de-wilgen-hang-actie dan toch niet nodig geweest? Zal ik weer eens een poging wagen? Heel benieuwd wat mijn lenzencoach anno 2020 adviseert!